donderdag, maart 27, 2014

Vorstgevoelig

In mijn tuin staan enkele bloemen, die vorstgevoelig zijn, al net boven de grond piepen.
Ik heb geïnformeerd, de kans dat een of andere koning mijn tuin bezoekt is uiterst klein.
Dus: geen probleem.

Stom mopje. Ouder dan de piramides van Gizeh.
Maar deze morgen was mijn tuin wel wit berijmd. (Ik kon de verzen haast niet lezen, wie schrijft er nu met witte inkt?)
Weer zo'n stom mopje.
Maar serieus, ik ben de tuin ingewandeld om te zien hoe de plantjes er bij stonden, maar op de gevoeligste plantjes zag ik geen rijm, en de plantjes stonden vrolijk rechtop, dus het gaat wel meevallen. Nochtans had de weerman van dienst geen vorst voorspeld ! (Zegt Anny - want ik heb het weerbericht gemist)...

Herinner jij je nog de tijd dat de wereld vol liep met kleinkunstenaars, met mensen die liedjes zongen met beklijvende teksten, of die humor brachten die helemaal niet kwetsend was, voor niemand, maar die echt leuk was. Er waren er bij, die hun humor baseerden op woordspelletjes, zoals ik er hierboven enkele debiteerde... Plots was die mode voorbij, en er bleven er maar enkele over, die stug volhielden en volhouden op deze zo eenzame weg in de kunst.

Ik hou er wel van. Wellicht omdat ik groot gebracht werd, midden in de periode van hoogconjunctuur van die kleinkunst.
En omdat ik nu eenmaal van woordspelletjes hou en van mooie zinnige teksten. Dit lijkt een tegenspraak, maar dat is het niet voor wie verslingerd is op die zaken.

Het mooiste van de kleinkunst was wellicht dat er eigenlijk geen regels waren. Er heerste een perfecte vrijheid, die alleen beknot kon worden door het feit van geldgebrek door te weinig succes. En wellicht is een groot gedeelte van die mensen ook net daardoor van het podium verdwenen. Vlaams en Nederlands is voor een woordkunstenaar maar een heel kleine vijver om op te gaan vissen... Maar we zien ook die kleinkunst grotendeels verdwijnen in het Engels en het Frans (en wellicht ook in andere talen waarvan ik niet eens weet of er daar ook een vorm van kleinkunst was).

Het heeft dus wellicht ook met mode te zien, of met TV... Want kleinkunst is niet echt iets waarmee je veel kijkers lokt. (Een Toon Hermans en dergelijke uitgezonderd, maar we praatten dan ook maar over één show per jaar als maximum)

Ook niet iedereen hield van die vorm van humor. Heel wat mensen vinden het geen humor als ze er even moeten bij nadenken. Voor hen is humor pas leuk als de lol je zo in het gezicht slaat. Zelfs een Toon Hermans kende heel wat mensen die hem niet plezant vonden... Zijn uitgesponnen woordenspel over een gehaktbal op het galabal... Ik lag dubbel, maar anderen vonden het maar niets.

En probeer maar eens uit te leggen waarom het lollig is !
De meeste humor die je dagdagelijks tegenkomt is eigenlijk leedvermaak. Vermaak met het leed van anderen. We doen het allemaal, als er iemand valt, dan lachen we eerst, en gaan pas dan vragen of hij zich geen pijn heeft gedaan... De visuele humor van een Charlie Chaplin is duidelijk geënt op leedvermaak, plus een snuifje uit de onverwachte hoek. Je ziet een open put, je ziet een man er naar toestappen, je lacht al bij voorbaat, en dan stapt de man op zij voor de put en glijdt uit over een bananenschil...

Humor... Je hebt het in ontelbare vormen. Een van de soorten humor waar ik niet van hou, is racisme. Ik kan het idee niet verdragen dat mensen lachen met andere mensen omwille van huidskleur of uiterlijk. Het is louter toeval dat wij in die ene groep zitten, voor hetzelfde geld zaten wij in die andere groep, waren wij de mensen met een iets donkerder huid. Ook taal: ik woon hier op een boogscheut van de taalgrens. Enkele kilometer verder en ik ben een Waal. Je kunt aan niets zien dat je in een andere regio zit. De koeien zijn hetzelfde, het gras is er even groen, maar de mensen zijn er blijkbaar anders. Als we de politici en de flauwe mopjes mogen geloven. Ik ga vaak naar rommelmarkten in Wallonië... En ik moet vaststellen dat de Walen inderdaad anders zijn: ze zijn vriendelijker, gedienstiger, hangen meer aan elkaar, bij de dorpskermis komt werkelijk iedereen af om samen feest te maken... Soms wou ik dat ik Waal was !

Maar hier mag ik dat niet zeggen, zelfs niet denken, want hier moet je zeggen dat die Walen profiteurs zijn die leven op ons zweet.
Ik heb al van hun brood geproefd, en het smaakt helemaal niet naar Vlaams zweet...

Kijk, dat is voor mij dus geen humor ! Maar blijkbaar zijn er heel wat mensen die het doodleuk vinden om te lachen met huidskleur, met taal... Ik ben dus geen humorist.
Dat weet ik dus ook weer.

tot de volgende ?
Oh ja, normaliter zou je met een klikje Toon Hermans moeten zien en horen over het galabal... Ik hoop dat het gelukt is...

Geen opmerkingen: