dinsdag, december 24, 2013

Vreemd gespuis

Toen landbouwer J.R. uit Mater gisteren zijn weide voorbij reed met zijn tractor, dacht hij iets te zien in het schuilhok op zijn weide. Hij had niet onmiddellijk tijd om het te controleren, en nam zich voor in het terug keren het eens te controleren.

De boer ging voeder halen voor zijn paard, en bij het terugkeren dacht hij helemaal niet meer op de schuilhut op zijn weide.

Hij deed zijn dagelijks werk op de hoeve, de beesten eten geven, de stallen kuisen, van de wintertijd gebruik maken om een en ander van het gerief eens netjes op te kuisen en in te vetten, zodat alles weer in orde zou zijn als straks de lente komt, en het weer weer open gaat.

Het was tijdens het avondmaal dat hij aan dat schuilhokje dacht. Maar de wind en de regen maakten dat hij helemaal geen lust had om nog tot daar te stappen, laat staan dat hij weer van kledij zou veranderen.

Deze morgen was er het dagelijkse werk te doen, en zijn vrouw wilde dat hij haar nog eens naar hier en daar voerde, om een en ander in te kopen voor straks, het feestelijke kerstmaal, bij de versierde kerstboom.

Toen hij op de terugweg naar huis was, zag hij warempel licht in zijn schuilhok, en hij zat zicht op te winden, dat ze van zijn dingen af moesten blijven, en thuisgekomen deed hij meteen zijn werkkleren en laarzen aan om door de drassige weide te kunnen stappen naar dat verdomde schuilhok !

Tot zijn ontsteltenis was dat schuilhokje voor zijn koeien nu ingenomen door een koppel van die vreemde snoeshanen. Ze hadden warempel een of twee belotten stro open geschud, en de vrouw lag daar in zijn stro te slapen, of ze deed alsof. Hij, zo'n halfbruine met zo'n sjaal om zijn nek, precies zo een als je op TV zag lopen met zo'n bommengordel om, ratelde een en ander in dat vreemde taaltje van hem, terwijl hij de boer smekend aan keek. Boer J. wees de deur, en tekende in de lucht met wijde armgebaren dat ze weg moesten, terwijl hij grove gotver's er bij riep. In het stro bewoog de ander. Verrek, het was een wijf ! Ze keek de boer smekend aan, die ietwat milder, zei - nu zonder gotver's dat ze weg moesten, en zich omkeerde en terug weg stapte, nu en dan nog eens omkijkend, want hij was niet echt gerust in die vreemdelingen. Je hoorde tegenwoordig van alles vertellen !

Thuis vertelde hij het aan zijn vrouw, overdreef nog wat over het uiterlijk van dat vreemd gespuis, en zij deed hem bellen naar de politie. J. wachtte nog een hele tijd, want hij vreesde de ambras rond een officieel optreden, en pas uren later belde hij de flikken.

Een klein halfuur later kwam de politie er toe met een combi en een gewone auto. De flikken liepen naar de stal. Even later kwam er eentje terug, zat daar wat te vertellen in zijn microfoon, en liep terug naar het schuilhok. Plots hoorde J. de sirene, en even later kwam er een ambulance toe. "Tedju," dacht J. "Seffens hebben ze nog een of andere ziekte ook, en moet ik ook onderzocht worden, weeral kosten, alle maal door die vreemde ratten !"

Maar even later reed de ambulance weg, met één van de twee, en de ander werd met geboeide handen in de combi gesleurd.

Alles was opgelost.
J.R. hoorde pas 's anderendaags dat de vreemde vrouw aan het bevallen was in zijn stal, en dat de vreemde de flikken en de ambulanciers had pogen weg te houden van zijn vrouw. Eén keer, twee maanden later, moest J nog eens naar het gerecht. Hij moest zeggen hoe hij de vreemden gevonden had... Ze werden gedrieën uitgewezen, terug naar hun land. We hebben hier al vreemden genoeg !

Wablief?
Wanneer dat precies gebeurde ? Op 24 december, 't zal zo wat tegen middernacht zijn geweest ! Ah ja, want heel hun kerstmaal was verstoord door die vreemde snoeshanen ! En 't waren dan nog sans papiers ook !

Wat ? Ah ja ! Het zal een kerstekindeke geweest zijn, of daaromtrent... Maar ja, die vreemden geloven daar toch niet in. Wij Christenen echter...

djudedju

tot de volgende ?

1 opmerking:

Henk zei

Een pracht van een Kerstverhaal Toon! Een verhaal dat de medemens oproept tot het verlenen van gastvrijheid. Een verhaal dat vertelt, dat wij het ons gegeven land en bezit niet als absoluut bezit moeten beschouwen.

Gr. en een fijn kerstfeest, Toon en Anny!