dinsdag, juni 19, 2007

steeds beter

Mijn toestand verbetert stillekens aan...Mijn keel is nu ook pijnvrij, ik "zweef" ook steeds minder, het enige wat nog rest is dat ik van het minste felle stekende rugpijn krijg. Gisteren ben ik met Anny om boodschappen gegaan, naar de Colruyt te Brakel. Ik heb niet de winkel afgedweild, Anny haalde het nodige bij, en ik ben alleen naar de afdeling groenten en fruit geweest om mijn fruit bijeen te halen, Anny kwam dan bij me om ook groenten in te kopen...dat was al, en het duurde uren voor de pijn weer ietsje begon te milderen... Hopelijk herstelt zich dat nog, en kom ik terug naar de situatie van vroeger, anders zie ik mij al weer terug opdraven naar de pijnkliniek...Bwèkes...

Luc (courgettes) kwam gisteren bij ons op een vlug bezoekje, hij beweert dat zelfs mijn handen en armen vermagerd zijn. Nu en dan komt hij eens langs, telkens om eens tegen iemand te kunnen vertellen van al de miserie in de werking van vandaag... Nu zit hij ook nog met de faling van Rano, nog een pak mensen in de miserie... Hij is er dan ook een die het leed aangedaan aan zijn mensen, op zijn schouders wil pakken... Nu, hij ging hier wat verlicht buiten, en zei dat het erg was, dat hij op bezoek kwam bij mij, en dat ik dan eigenlijk alleen klankbord moest zijn voor zijn zorgen, net of jij er geen hebt... Niet naar kijken Luc, iedere dag dat jij langs komt is voor mij een hoogdag, een feest...dan ben ik weer eventjes aan het werken, eventjes terug in mijnen job...Voel ik weer het belang van het werk dat we deden, doen.

Luc (vis) belde mij op om vandaag te gaan vissen en om te zeggen dat mijn visbak in orde was... Ik heb hem bedankt, maar ik zou het echt nog niet aankunnen om te vissen, ook al is dat hoofdzakelijk rustig zitten...Momenteel moet ik echt naast het zitten ook op mijn armen kunnen steunen, anders hou ik zelfs het zitten niet uit.

Toch begin ik weer wat te prutsen aan tekeningen en dergelijke, dat is wellicht een goed teken!

Toen ik, lang geleden, een studentenjob deed op de Wagons-Lits, werkte ik voornamelijk op de Milano-express. Deze trein vertrok in de voormiddag in Oostende, en tegen de middag 's anderendaags waren wij dan in Milaan. Daar bleef de trein staan tot rond 18 uur, en dan terug naar Oostende. Ik werkte in de keuken, een job die de meesten min vonden, maar waar ik het heerlijk vond. Het was wel zwaar werk, maar ja, na iedere reis was je één reis thuis, dus dat viel eigenlijk goed mee. Behalve die keer toen de chefkok zich deerlijk verbrandde bij een onverwacht manoeuver van de trein. Dan heb ik één en een halve week aan een stuk blijven werken, zonder zelfs de kans om andere kleren te halen. Ik vermoed dat ik stonk naar het zweet...
Ook een kwade herinnering was toen er een hittegolf was in Milaan, het was 38 graden in de schaduw, en wij moesten het eten bereiden op een kachel (kolenstook !) terwijl de trein nog stilstond in de volle zon, in het station van Milaan. Of toen wij eens, de chef en ik, meer dan 50 kilo uien moesten pellen en fijn snijden...'k Heb van mijn leven nooit zo gebleit als die keer.
Als hulp in de keuken, moest ik ook 's nachts de taken waarnemen. Veel was dat niet, maar het betekende wel dat je telkens gewekt werd... Ik spande in de restauratiewagen een hangmat, en sliep daar in. Aan iedere landsgrens, Luxemburg, Frankrijk, Zwitserland, Italie kwamen de douanen alles controleren, en moest de drankvoorraad geteld en gezegeld worden...
Natuurlijk smokkelden wij, met zo'n kansen... Zo was er een collega die thuis een café, restaurant had, die regelmatig enkele flessen meenam voor in zijn zaak... Op een keer, voor een groot feest, had hij twee volle valiezen drank mee. Hij verliet het station langs een sluipwegje... Ik moest nog de kassa en drankreserves gaan melden aan de dienst in het station, pakte mijn fiets en reed naar huis. Ik moest onder de "tettenbrug" (Een brug die zijn naam kreeg van de Oostendenaars op basis van het feit dat er ooit halfnaakte vrouwenfiguren op prijkten)Ik zag de bewuste collega boven op de brug staan wachten op de bus, toen ik plots het gehate bruine volkswagen kevertje van de douane bij hem zag stoppen... Ik remde, keek toe van beneden, zag de douane lachen, instappen en wegrijden... Ik de trappen op gelopen, tot bij mijn vriend, die daar zo wit als de dood stond... "Wat is er gebeurd ?" "Heb je dat gezien?" "Ja, van beneden daar..." Welnu, de douane was bij de man gestopt om te controleren en vroeg zoals steeds: "Niets te declareren ?" Er was geen liegen aan, dus zei de man braaf "twee valiezen kortendrank"... De douane lachte, dacht dat het een mop was en reed verder... Mijn kameraad heeft nooit ofte nooit nog gesmokkeld...Hij had de schrik van zijn leven opgelopen...

Ook toen ik op de mailboat Ostend-Dover werkte werd er gesmokkeld... De douanen hielden het personeel goed in de gaten, en het was dus altijd een beetje riskant...
Louis Poitiers zaliger, een goede vriend, en ik verlieten het schip, Louis met boter in zijn zakken, zelfs een pakje in de achterzak van zijn broek, en ik had medicamenten mee voor mijn zieke vader. Beide waren streng verboden... Toen we het schip afliepen kwamen er twee douaniers naar ons...Louis die een uitgekookte en doorwinterde smokkelaar was, viel niet slinks, en liep recht naar de douaniers "Hebt ge geen dorst? We hebben daar van een zatterik nogal wat drinkgeld gehad !" De douaniers die liever dronken dan werkten trokken mee in het stationscafé... Het kostte ons wel wat, maar betrapt worden was niet alleen een boete, maar ook veel kans dat je je job kwijt was... Op een bepaald moment begon ik aan Louis zijn mouw te trekken, we moeten weg Louis, gauw... Louis wist niet wat er scheelde, maar beëindigde het gesprek en wijlle weg... Toen vertelde ik Louis dat de boter in zijn achterzak gesmolten was, en de achterkant van zijn broek was één grote olievlek...

En zeggen dat ons vader iedere dag er op hamerde niet te smokkelen... Best dat hij niet wist wat we allemaal uitspookten.

tot de volgende ?

Geen opmerkingen: